Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Wederom hief ik mijn ogen op, en ik zag; en ziet, er was [1]een man, en in zijn hand was een meetsnoer. 1. Te weten, de engel, die Christus was, in de gedaante van een man, gelijk blijkt onder vs.3, en hfdst.1 vs.8. Zie Ezech.40:3, en Ezech.41:42; Openb.11:1,2.